De echte oorsprong van Pecorino is een mysterie, hoewel de legende zegt dat de naam komt van het feit dat in de oudheid de wijnstokken die op de Abruzzen-bergen groeiden, de favoriete snack waren voor schapen ("pecora" in het Italiaans). Een aantal onderzoekers denkt dat de cultivar verwant is aan "Greco", van Griekse oorsprong, die zich later verspreidde over de regio Campanië en andere delen van Zuid-Italië.

De wijngaarden van de Pecorino druiven liggen aan zee, kalksteen- en kleigronden, met een perfecte ligging op het zuidoosten om de scherpte en structuur van de wijnen te garanderen. De druiven worden ookwel het goud van de zee genoemd, 'ORO DEL MARE'... De oogst, die plaatsvindt in de tweede tien dagen van september, zorgt voor rijpheid en ontwikkeling van de druiventrossen, badend in de zon gedurende het grootste aantal uren per jaar.

Maceratie bij zeer lage temperaturen gedurende 24 uur in stalen tanks wordt gevolgd door twee maanden in stalen vaten en één in de fles.

De Pecorino is vonkelend en intens geel met een subtiele neus van citrus. In de mond zijn frisse, evenwichtige en echt aanhoudende aroma's van lychees en citrusfruit waarneembaar.

Dit is de perfecte wijn om te serveren bij rauwe vis of bij verse kazen.